Als ouder of verzorger van een kind dat worstelt met angststoornissen, is het belangrijk om zorgvuldig te zijn met de manier waarop je communiceert. Sommige opmerkingen, hoe goed bedoeld ook, kunnen het kind meer schade dan goed doen. In dit artikel bespreken we vijf dingen die je beter niet kunt zeggen tegen een kind met angststoornissen.
1. "Maak je niet druk, het komt allemaal goed."
Hoewel je het kind gerust wilt stellen, kan deze opmerking het gevoel van onzekerheid en angst juist versterken. Kinderen met angststoornissen hebben behoefte aan erkenning en validatie van hun gevoelens, niet aan ontkenning of bagatellisering.
2. "Je bent te gevoelig."
Gevoeligheid is een kenmerk van veel kinderen met angststoornissen. Door dit af te doen als een negatieve eigenschap, kan het kind zich onbegrepen en afgewezen voelen. In plaats daarvan is het belangrijk om te erkennen dat gevoeligheid ook positieve kanten heeft, zoals empathie en creativiteit.
3. "Waarom ben je zo bang? Er is toch niets aan de hand?"
Angst is vaak irrationeel en moeilijk te verklaren, zelfs voor het kind zelf. Door de angst te bagatelliseren, kan het kind zich onbegrepen en alleen voelen in zijn of haar strijd.
4. "Denk er niet over na, dan gaat het vanzelf over."
Vermijding is een veelvoorkomende coping-strategie bij angststoornissen, maar het is niet de oplossing. In plaats daarvan is het belangrijk om het kind te helpen leren omgaan met de angst, bijvoorbeeld door middel van cognitieve gedragstherapie.
5. "Je moet je niet zo aanstellen."
Deze opmerking kan het kind het gevoel geven dat zijn of haar gevoelens niet serieus worden genomen. In plaats daarvan is het belangrijk om empathie te tonen en het kind te helpen zijn of haar gevoelens op een gezonde manier te uiten.
In plaats van deze opmerkingen te maken, is het belangrijk om te luisteren, te valideren en het kind te ondersteunen in zijn of haar strijd tegen angststoornissen. Door met compassie en begrip te communiceren, kun je het kind helpen om stap voor stap zijn of haar angsten te overwinnen.